Ronda del Cims 2016

Voor mijn 30e verjaardag kreeg ik van Edward & het BTK trailteam een mooi cadaeu, namelijk een startbewijs voor Ronda Del Cims 170km 135000D+ 2016.

Op 15 juli 2016 was het zover. Als laatste training en hoogtestage had ik de week ervoor de Icetrail in Val D’Isere 65km gelopen.
Ik voelde me goed en ik had er zin in. Ik was erg relaxt en niet zo gespannen. Ik nam mij voor om de dag voor de wedstrijd rustig aan te doen en proberen wat te rusten. Alleen had ik een klein probleemtje, mijn telefoon stopte ermee. Dit kon ik nu net niet gebruiken want ik had verplicht een telefoon nodig die het deed tijdens de wedstrijd. Vanaf 15 uur kon ik mijn startnummer afhalen, dus daarvoor had ik de tijd om een oplossing te vinden. Ik had twee keuzes: mijn telefoon laten maken in de hoop dat hij op tijd klaar zou zijn, of een nieuwe telefoon kopen. Ik koos voor de tweede optie, want de eerste optie was een duurdere optie en zou te lang duren. Beetje gestresst, want in Ordino zelf (waar de start van de Ronda is) is geen telefoonwinkel, dus ik moest daarvoor met de bus reizen naar Andorra de Valle. Hetzij ook nog dat de meeste winkels tussen 13:00 en 15:30 uur daar gesloten zijn. Maar goed het was gelukt en ik kon met al mijn verplichte materiaal mijn startnummer ophalen.

Heel netjes gaf de organisatie een briefing in het Spaans, Catalaans, Frans en Engels. Mijn laatste maaltijd in het hotel en ik ging slapen, want om 5 uur ging mijn wekker weer. 
Ik had aardig geslapen, zo’n 7 uur dus dat was perfect.

Ze maakte er een grote show van aan de start, met percussiespelers, vuurwerk, reuzen etc. De sfeer was goed! We startten met een rondje om het dorp en daarna gingen we de bergen in. Ik voelde mij goed en kwam aardig in mijn ritme. Doordat het al snel redelijk smal werd kon ik niet helemaal mijn eigen tempo lopen, maar ik liep redelijk vooraan, dus ik had er niet veel hinder van. Het verbaasde me hoe groen Andorra was. Ik had gedacht dat het droog zou, veelal rots zou zijn, maar dat was zeker niet het geval. Tot de boomgrens was het heel groen, met veel waterstoompjes, bloemen, en wilde dieren. Boven de boomgrens had je wel veelal rots en grasland. Ik vond het er prachtig! Alles zo schoon, puur, mooi en natuurlijk!
De klim richting de eerste top werd steeds steiler en er kwam geen einde aan. Dit was het motto van de hele race: steeds steiler worden de toppen, hoe hoger je kwam en elke keer maar denken dat je er bijna bent, maar ‘nee’ hoor daarachter zag je dat je nog hoger moest. Geen genade.
Mijn sterke punt is afdalen, ik hoopte hier mijn voordeel uit te halen. Ookal haalde ik veelal lopers in tijdens het dalen, het ging niet snel, omdat je weinig kan rennen. Het is klauteren, springen, hoge afstappen, wiebelige stenen, boomwortels, modder, rivierstroompjes, no-pad, waarover je moest afdalen. Heerlijk speels, ik genoot ervan, het koste alleen tijd. Nou ja so what, ik had de tijd en het is niet voor niks de zwaarste 100 miler die er is. 

Ik was benieuwd wanneer ik mijn ouders ging ontmoeten. Ik had ze al twee maanden niet gezien en ze waren special tijdens hun vakantie richting de Pyreneeen gereist om me te zien tijdens de trail. We hadden geen vaste punten afgesproken, omdat ik me er dan op zou verheugen en mentaal een dreun zou krijgen als ze er niet waren. Er zijn niet veel punten waar toeschouwers makkelijk kunnen komen, omdat we nu eenmaal alleen maar in de bergen lopen waar in geen verre velden mensen leven is te bekennnen. Op het 32km zouden ze kunnen komen. Dit was tevens een “grote” post waar je naast brood, kaas, cake, worst, cola en water, ook soep, linzen, tonijn etc. kon krijgen. Ik nam hier wat langer pauze om goed te eten. Een goede wc-stop en ik kon er weer tegenaan. Later bleek dat mijn ouders hier ook waren geweest, maar ik net al weg was. Zij vertelde mij later dat bij dit punt al veel lopers waren uitgestapt. Wat is niet goed snap, als je je inschrijft voor 170km en niet eens verder komt dan 32km dan heb je het wel verkeerd ingeschat. Misschien vonden ze het te langzaam gaan. nou ja, dat gaat het ook, daar moet je je mentaal maar overheen zetten.
Kortom, mijn ouders had ik daar gemist. Maar no worries. Ik had er niet op gerekend en ik zat nog lekker in de wedstrijd. De zon begon nu aardig te schijnen, en daar ben ik niet zo een fan van. Ik heb altijd het gevoel of dat de zon energie van mij steelt. Ik probeerde me iets te sparen tijdens het klimmen, zodat meer over had voor het afdalen. Dit ging tot op heden nog steeds goed, ookal gingen er nu wel wat vaker van die gekke spanjaarden mij als speedy conzales voorbij. 

Ik genoot onderweg, ik probeerde mezelf zo goed mogelijk te verzorgen en ik keek uit naar de pannekoeken met spek en kaas die mijn moeder me beloofd had. Op het 57km punt zou het een volgende mogelijkheid zijn om mijn ouders te zien en verlopig ook de laatste want daarna ging ik de nacht in. En ja hoor super blij mijn ouders daar te zien! En de pannekoeken! Ze smaakten heerlijk. Ik nam er ook twee mee voor verder op in de race. Ik zoende ze gedag en ging verder. Mijn benen voelde ineens verassend goed. Nu loop ik ook veel liever en beter in de nacht dan overdag, omdat het dan koeler is, ik minder wordt afgeleid door dingen om me heen en totaal in een met mezelf ben. Ik loop samen met een vrouw die me gestaagd volgt. Het motiveerd om door te blijven lopen en het tempo niet te laten zakken. We krijgen flinke technische stukken voor de kiezen, waar we met handen en voeten moeten klauteren. Hierbij zitten mijn stokken me aardig in de weg, maar tijd en zin om ze weg te stoppen had ik niet, het ging immers zo lekker. De volgende verzorgingspost zou een grote post zijn waar je ook een dropbag naartoe mocht sturen. Hier kon je slapen, eten, douchen, behandeld worden door een fysiotherapeut of een podoloog. Behalve eten had ik dat alles niet nodig. Wel merkte ik dat ik doordat het zo lekker ging het laatste stuk, te weinig had gegeten, gewoonweg omdat alles zo snel ging en ik geen erg had in de tijd. DIt kan kwalijk zijn, dus ik probeerde bij deze post goed te eten. Ik nam mijn moeders pannekoeken en die gingen er nog wel in, maar meer ging niet van harte. Dat was geen goed teken. Ik probeerde nog wat cola, maar met mijn stomme kop gooide ik die om en had geen zin om nieuwe te halen, domme fout. Het was onder andere ook diep in de nacht rond 01:30uur. 

Vanuit die post liep ik een stukje verkeerd en merkte ik dat ik er met mijn hoofd niet bij was. Had ik dan toch daar moeten gaan slapen? Maar ik voelde me nog niet echt moe. De volgende post zou niet al te ver zijn en volgens het profiel kon ik eruit opmaken dat we maar twee kleine klimmen en twee afdalingen moetsen tot de volgende post. De klimmen duurde veel langer dan ik had ingeschat. Ook lopers achter me klaagde dat de klim zo lang duurde. We gingen ook vaker omhoog en naar beneden dan ik had gedacht. Het profiel was ook maar een ruwe schatting en niet echt gedetaileerd, dus ik stelde me maar in dat na de tweede klim nog een klim zou komen tot de volgende post. Ik kreeg het zwaar. Ik werd nu wel moe. Tot overmaat van ramp had ik mijn hoofdlamp verkeerd ingesteld, waardoor hij nu al leegliep. Ik kreeg het bijna niet voor elkaar om mijn batterij te wisselen, omdat ik niks kon zien. Dit duurde een eeuwigheid voor mijn gevoel. Ik nam mij voor om bij de volgende post kort (20 min.) te slapen. Deze post zou op km punt 86km liggen. Maar het duurde maar… Mentaal kreeg ik nog een dreun omdat een vrijwilliger boven aan een klim zei dat het nog 7km zou zou zijn tot de volgende post. Een half uur verder kreeg ik weer te horen van een vrijwilliger dat het nog 7km zou zijn. Terwijl ik toch echt een flink stuk had gelopen. Gewoon schouders eronder en voet voor voet blijven zetten, dan kom ik er wel. Het afdalen ging ook niet meer echt soepel. Ik zat er aardig doorheen. Ik moest erop vertrouwen dat ik over dit dode punt heen kwam. Ik zette door. God, wat was ik blij dat ik eindelijk de post zag. Ik nam snel een soepje en dook daar een stretcher op. Ik zette mijn wekker 20min later. Potjandorrie, het lukte me niet om mijn slaap te vatten. Het was daar klein en rumoerig. Na 20min geprobeert te hebben te slapen gaf ik het op. Ik ging verder. Ik had ten slotte gerust. Ik eette nog wat en ging de volgende lange klim op. Het begin liep eigenlijk weer heerlijk. Tot mijn verbazing stond er in het midden van de klim een post die niet vermeld was op de kaart. Ik nam hier iets kleins en ging snel door. De zon kwam weer op en begon weer aardig op mijn kop te schijnen. Mijn tempo ging eruit. Ik werd moe. Mijn moeilijkste punt is altijd aan het begin van de ochtend. Het leek wel of dat er lijm onder mijn voeten zat. Ik kwam voor geen meter vooruit. Elke keer als ik probeerde te versnellen werd ik teruggevloten. Ik kreeg hartkloppingen (niet schrikken, dit heb ik vaker en is niet iets ergs, het voelt alleen vervelend en zorgt ervoor dat ik als een slak verder moet), dit wordt veroorzaakt door een combinatie van moeheid, warmte en te weinig energie. Ik ging in de berm zitten, nam mijn laatste pannekoek en probeerde verder te gaan. Dit had geen zin. Een kilometer verder, besloot ik in het gras een powernap te doen. Weer lukte het niet om te slapen. Ik belde Edward, om door te geven dat ik er even doorheen zat en dat ik veel tijd verloor doordat ik probeerde te gaan slapen en dat hij dit moest doorgeven aan mijn ouders, anders werden die ongerust. Tot mijn schrik was mijn nieuwe telefoon bijna leeg. Ik kende dat ding nog niet zo goed dus ik had veel te veel energieverbruik vanwegen roaming, waardoor hij leegliep. Dit kwam niet op het juiste moment. Mijn ouders en edward gingen zich uiteraard zorgen maken. Ook omdat de livetracking niet goed functioneerde. Slapen lukte wederom niet. Nu probeerde ik 20min. Potverdorrie, ook dit ging niet, ik werd steeds gewekt door voorbijgaande lopers omdat ze heel lief ‘are you okay?’, Ca va?’ riepen. Wat een tijdsverspilling. Dit was niet de beste lokatie om te slapen, ik besloot als een slak door te gaan en bij de eerste volgende post te gaan slapen. De klim was de langste van de hele trail en duurde nu extra lang. Ik werd gered door een checkpoint voor het laatste stukje van de klim. Daar was een inimini-hutje waar ook de vrijwilligers van de check sliepen. Ik vroeg of ik daar even mijn ogen dicht mocht doen. En ik kon daar liggen, in de schaduw op een stalen bed op een slaapzak van de vrijwilligers. Eindelijk lukte het me om zo een 20min te slapen! Ik was gered!
Het laatse stuk van de klim was heel technisch met grote rotsblokken. Dit ging erg goed, ik haalde eindelijk mensen in op de klim. Ik kreeg er weer plezier in. Springen van steen naar steen, balanceren, dit zorgt ook dat je goed afgelijd word van de sleur waar ik daarvoor inzat. Ik keek wel uit naar een post waar ik goed kon eten. Dit zou nog een laatste duwtje in de rug zijn om me weer beter te voelen. 

De afdaling was lastig en ging erg traag. Bij iedereen. Ik had het gevoel dat ik door het geklojo met mijn hart en slaap achterop in het veld was geraakt. Maar goed, ik had 1 groot doel, en dat was finishen, dit had ik Edward beloofd. Ik voelde de energie in mijn wegvloeien. Mijn hartkloppingen waren gelukkig voorbij, maar nu was het een energieverhaal. ik kreeg mijn eigen voeding maar lastig weg. Eindelijk, maar dan ook echt eindelijk en op het goede moment kwam ik bij een post. Er werd mij gevraagd of ik een fysiotherapeut nodig had. Ik zei maar ja, ookal was het vooral een excuus om even te kunnen liggen. Ik had het heet, heel heet. Ik was misselijk van de warmte en de inspanning. De fysiotherapeut bracht mijn quadriceps op rek. Dat voelde goed. Ik had eigenlijk geen last van mijn benen, die deden het prima. Alleen mijn voeten gingen wat opspelen, maar dat is normaal. Op aandringen van de vrijwilligers nam ik een goede kom pasta met soep. Ze zagen aan me dat ik niet heel lekker ging. Ik at traag, maar ik was blij dat ze zo hadden aangedrongen. Ik nam nog een aantal bekers cola, stak mijn schouders eronder en ging weer. 

Het had lang geduurd, zo van punt 75 tot 110km, dat ik er flink doorheen zat, maar eindelijk kon ik weer tempo maken. De afdaling ging goed en ging nog beter toen het weer begon te schemeren. Ik voelde me als herboren. Ik wist dat mijn ouders er bij het volgende dropbag punt op 130km zouden staan. Ik ging nog beter lopen toen we onze hoofdlamp weer op moesten doen. Ik vloog! 
Blij om mijn ouders weer te zien en zij mij. Hier ging het eten ook weer een stuk beter. Ik nam weer een flink bord pasta met soep, wat stokbrood van mijn ouders en ik ging weer. Ik beloofde mijn ouders weer te zien bij de finish en zei tegen ze dat ze lekker moesten gaan slapen. Dit was een flashback van de UTMB vorig jaar, waarbij ik ze dat ook beloofde en uiteindelijk die belofte waar maakte. Ik had ook geen enkele twijdel dat ik het niet ging halen, ookal wist ik dat ik nu nog 3 stevige klimmen voor de boeg had. 

De flow zat er weer in, de eerste klim ging heerlijk, ik genoot ik kon zo veel tempo maken en ik haalde veel lopers in, hetzelfde gelde voor de afdaling, nu kwamen we samen met de lopers van de Mitic (117km). Veel van hun zaten er doorheen en dit gaf me een boost, want ook deze lopers wist ik voorbij te gaan. De eerste klim had ik zo te pakken. De tweede klim zag je goed liggen, allemaal lampjes richting de hemel. Dit schrikte af, maar ik ging door. Hij voelde in het begin minder erg dan hij eruit zag, totdat ik zag dat we na een bocht nog steiler moesten. Again, the motto from the race… Het steile stuk ging me minder goed af, maar ik kwam boven. Nu nog een korte afdaling een lange klim en een hele lange afdaling en ik zou bij de finish zijn. Ik probeerde te zien waar de volgende post zou zijn. Hij moest onderaan de korte afdaling liggen. Ik ging wat halucineren, want ik dacht telkens dat ik de post zag, maar dat waren twee lopers, waarvan er een twee strepen op zijn rugzak had die reflecteerde door mijn lamp, waardoor het net een huisje leek. Maar uiteindelijk zag ik het huisje echt, ookal moest ik daarvoor wel 10x knipperen met mijn ogen of ik wel gelijk had. Ik at hier wat, ging naar de toilet en wel verdraaid daar had je die Engelse vrouw weer die ik op het 130km punt voorbij was gegaan. Zij nam bijna geen pauze en ging voor mij weg uit de post. Potverdorie dacht ik. Die is sterk. Ik deed nog een poging om in de laatste klim haar acherna te gaan, maar tevergeefs, ze klom een stuk beter als ik en ze vloog letterlijk iedereen voorbij die voor haar lag. De laatste klim was geen easy one. Wederom werd deze steiler richting de top toe en telkens als je denkt dat je er bijna was moest je nog hoger. Maar toen herkende ik de top. De organisator van de race had tijdens de briefing nog benoemd, dat je deze top nooit van je leven meer zou vergeten, want dit is het einde van je laatste klim. En inderdaad dit was hem. Ik had de laatste klim overleefd, nu de laatste lange afdaling nog. Mijn schoenen waren ondertussen helemaal kapot gegaan, waardoor mijn voeten open en bloot lagen en niet meer beschut waren tegen alle stootfactoren die ik nu beging. Mijn coordinatie was niet meer zoals aan het begin dus ik schopte nogal eens tegen een steen. Dit moesten mijn voeten aardig bezuren. En dit beperkte me in het dalen. Ik liep al een tijdje op met een Tjech. We wisselde wat pijnverzachtende hulpmiddelen uit, ik gaf hem wat F.I.T sportbalsem voor zijn pijnlijke bovenbenen en hij gaf me pijnstiller. Dit had zijn werking. Toch besloot ik bij de laatste post halverwege de afdaling mijn voeten te laten verzorgen door een podoloog, want het was zo zonde om het laatste stuk te moeten wandelen terwijl ik de benen had om dit te rennen. Het duurde een eeuwigheid bij de podoloog en deed ook nog eens erg pijn. Mijn Tjechische loopmaat was alweer vertrokken en ik lag daar nog. De man deed erg zijn best, maar het duurde mij te lang. Eindelijk was ik klaar en kon ik richting de finish. In het begin rende ik wat onwennig, maar eindelijk kreeg ik de flow. Het werd weer warm, dus ik wilde zo snel mogelijk naar die finish. Het duurde en het duurde maar, wat was het een eeuwig durende afdaling zeg. Steeds dacht ik dat ik Ordino in zicht had, maar dan was het weer een ander dorpje. De 170km waren we allang al gepasseerd. Ik kwam mijn loopmaatje weer tegen. We namen elkaar op sleeptouw. Het was een wat golfend parcours, licht omhoog en naar beneden. Ik probeerde te blijven rennen. Hij rende harder naar beneden , maar wandelde omhoog, zo bleven we bij elkaar. En dan eindelijk herkende ik het Dorpje, de finish, de speakers, de vlaggen, ik was er bijna. De adrenaline schoot door mijn lichaam, steeds meer mensen juichde en moedigde ons aan, daar was de rode loper, mijn ouders, Barbara en Linda, ik was er, zo blij! I finished!!! Ik schoot mijn ouders in de armen, gaf Linda en Barbara een zoen en genoot! 7e Vrouw Overall 3e in mijn categorie en 52:38 uur.